donderdag 3 september 2015

Dodendraad

Een groot ijzeren hek langs de Nederlandse grens, met daarop 2.000 volt, om te voorkomen dat vluchtelingen ons land binnenkomen. Een bizar idee? Nog geen honderd jaar geleden was het werkelijkheid! Langs de gehele Nederlands-Belgische grens hadden Duitsers zich zo’n ijzeren gordijn neergezet, de zogenaamde Dodendraad.
 
Opvang van Belgische vluchtelingen in Bergen op Zoom
(bron:www.ssew.nl)
Nadat de Duitsers op 4 augustus 1914 België binnenvielen, wilden zij zo snel mogelijk doorstoten naar de havenstad Antwerpen.  Gaandeweg stuitten ze op weerstand van het Belgische leger en de bevolking. Desondanks wisten ze op 10 oktober 1914 de stad Antwerpen in te nemen. De Antwerpse bevolking vluchtte naar het veilige, neutrale Nederland. Een enorme mensenstroom ging te voet, per fiets, met paard-en-wagen en met hand- en hondenkarren in de richting van de Nederlandse grens. In steden als Roosendaal en Bergen op Zoom werden in allerijl tentenkampen opgericht en mensen werden in scholen, kerken en bij particulieren ondergebracht. Om de vluchtelingen te spreiden, werden ze door het hele land opgevangen.
In totaal kwamen een miljoen Belgische vluchtelingen naar Nederland, dat op dat moment zelf overigens maar zes miljoen inwoners kende. Je kunt dus met recht spreken van een vluchtelingenprobleem. Van ’terugsturen’ of ‘opvang in de regio’ was geen sprake, dit wás de regio! We hadden geen keus; de positie van Nederland was vergelijkbaar met die van landen als Griekenland of Italië vandaag de dag. Ook van een angst voor ‘gelukzoekers’ was nauwelijks sprake. De meeste Belgen keerden na enkele weken terug naar Antwerpen. Sommigen bleven voor de duur van de oorlog in ons land.


De vluchtelingen waren dus welkom, maar werden ze ook met open armen ontvangen? Niet overal. Zoals zo vaak vonden wij Hollanders wel een manier om er een financieel slaatje uit te slaan. Voor de de Belgische Frank werden ineens flink hogere wisselkoersen berekend aan de vluchtelingen en ook veel huisjesmelkers draaiden de hulpbehoevende zuiderburen probleemloos een poot uit. Toch werden overal hulpcomités opgericht, die zich bezig hielden met het regelen van voedsel, kleding en onderdak voor de Belgen.

De Dodendraad op de Belgisch-Nederlandse grens
(bron: www.geschiedenislokaal013.nl)
De vluchtelingenstroom van België naar Nederland was de Duitsers een doorn in het oog. Met de burgers gingen namelijk ook een hoop jonge mannen de grens over, die zich via Nederland en Engeland achter de frontlinie bij het Belgische leger wilden aansluiten. Ook werd er belangrijke (militaire) informatie gesmokkeld via de grens. Om dit tegen te gaan, plaatsten de Duitsers een groot ijzeren gordijn langs de gehele kust van Cadzand tot Vaals. Het hekwerk bestond uit twee rijen prikkeldraad, met daartussen een hek met stroomdraad, met daarop 2.000 volt. Omdat de bevolking in die tijd nog nauwelijks wist wat elektriciteit was, laat staan de werking ervan, zorgde de draad voor talloze doden. Een exact aantal is niet bekend, maar het aantal slachtoffers wordt op circa 800 geschat.

Hoewel hier in de Westhoek geen Dodendraad is geweest, en er dus ook geen restanten van zijn te vinden, speelt dit fenomenaal wel een paar dagen door m’n hoofd, vooral na het zien van de vele vluchtelingen die Europa proberen binnen te komen. Enkele Oost-Europese landen bouwen op dit moment weer zo’n ijzeren gordijn om de vluchtelingen buiten te houden, voor zover ik weet overigens wel zonder stroom, maar het heeft toch iets van een déja-vu. Ik denk dat we qua gastvrijheid nog een hoop kunnen leren van de opvang van vluchtelingen in 1914. Zouden onze zuiderburen in het politieke klimaat van vandaag de dag nog net zo welkom zijn?


Monument voor slachtoffers van de Dodendraad in Sippenaken (B.)

Detail van het monument in Sippenaken


Meer weten over ‘D’n droad’? Kijk op:

Geen opmerkingen:

Een reactie posten